Nieuwe orang-oetans
Het afgelopen half haar heeft het SOCP 7 orang-oetans opgevangen: Maria, Alexis, Lawe, Bejo, Asel, Ocan en Tanoe.
Maria
Maria is een volwassen vrouwtje dat in 2020 al werd gered van een plantage dicht bij nationaal park Gunung Leuser. Ze had verschillende luchtbukskogels in haar lijf en is enkele maanden door het SOCP verzorgd. Toen ze weer op krachten was is ze diep in het regenwoud van Gunung Leuser vrijgelaten. Helaas werd ze begin dit jaar opnieuw op een plantage aangetroffen. Ze is toen opnieuw door het SOCP opgevangen.
Na aankomst in het opvangcentrum leek ze veel last te hebben van haar maag. Ze is daar onmiddellijk voor behandeld en na twee dagen leek ze er weer bovenop. Maria is vervolgens in overleg met de BKSDA overgeplaatst naar reïntroductiecentrum in Jantho. Hier zal ze waarschijnlijk wel met succes kunnen worden vrijgelaten.
Alexis
Alexis is een baby van ongeveer 2 jaar oud. Hij is in februari gered van smokkelaars in Karang Baru, Atjeh, en vervolgens naar het SOCP gebracht.
Lawe
Lawe, een ander mannetje van ca. 2 jaar oud, werd in maart weggehaald uit een ander dorp in het zuidoosten van Atjeh. Hij was uitgedroogd en ondervoed, en had verschillende verwondingen die waarschijnlijk het gevolg zijn van hondenbeten. Lawe werd snel na zijn komst behandeld en kreeg onder andere een kuur tegen hondsdolheid. Na een week was zijn eetlust terug en begonnen zijn bijtwonden te helen.
Bejo
In maart werd ook een ander jong mannetje van een jaar of twee opgevangen: Bejo. Bejo werd als huisdier gehouden in een dorp vlakbij Medan en werd daar weggehaald door de BKSDA. De confiscatie riep in het dorp nogal verzet op en de overdracht van de BKSDA aan het SOCP vond daarom plaats in natuurgebied Sibolangit, zodat het verzet zich niet tegen het SOCP zou keren.
Hij bleek na een eerste controle in goede gezondheid, maar Bejo bleek erg afhankelijk van mensen te zijn. Een van de speerpunten in zijn rehabilitatie is het verminderen van die afhankelijkheid. Alleen dan kan hij later vrij en zelfstandig in het wild overleven.
Asel
Asel is een volwassen mannetje van ongeveer 30 jaar oud. Hij is In mei door de BKSDA naar het SOCP gebracht, nadat hij door de BKSDA was weggehaald uit een dorpje in het zuidwesten van Atjeh. Een wond aan zijn oog deed het team vermoeden dat er op Asel was geschoten. Uit röntgenfoto’s bleek dat er 33 luchtbukskogels in zijn lichaam zaten en dan een ervan zijn linkeroog blind had gemaakt. Uit de foto’s bleek ook dat zijn elleboog uit de kom was. Asel is direct geholpen. Zijn rechteroog functioneert prima en dat betekent dat hij waarschijnlijk weer kan worden vrijgelaten als hij helemaal hersteld is.
Ocan
Ocan, een tweejarig mannetje, werd in juni door het SOCP opgevangen nadat hij door de BKSDA was weggehaald uit een dorp in Atjeh. Net als Bejo is Ocan erg op mensen gericht. Daarom is Ocan voorlopig in de kliniek geplaatst waar altijd iemand is om hem op zijn gemak te stellen.
Tanoe
De laatste orang-oetan die is binnengebracht is Tanoe, eveneens 2 jaar oud. Hij is weggehaald door de BKSDA uit een dorpje in het district Idi Rayeuk, Atjeh. Over zijn achtergrond is niet veel bekend.
Negen andere orang-oetan zijn repatrianten die ooit door smokkelaars naar het vasteland van Maleisië zijn gebracht. Op het vasteland van Maleisië komen geen orang-oetans voor. Uit dna-onderzoek bleek dat de negen orang-oetans Sumatraanse orang-oetans (Pongo abelii) zijn en daarom zijn ze naar Sumatra gebracht. De orang-oetans waren over het algemeen gezond, hoewel sommige oude botbreuken hadden en littekens van de kettingen waarmee ze vastzaten. Een aantal dieren had luchtbukskogels in het lijf.
Vrijgelaten orang-oetans
Door de COVID-19-pandemie konden er door het SOCP een jaar lang geen dieren worden overgeplaatst naar vrijlatingsgebieden. Onlangs zijn er echter 11 orang-oetans overgeplaatst naar de herintroductiecentra in nationaal park Bukit Tigapuluh en Jantho.
Om te voorkomen dat het SARS-CoV-2-virus overslaat op de populaties wilde orang-oetans in de vrijlatingsgebieden, moesten de orang-oetans na aankomst in het herintroductiecentrum eerst twee weken in quarantaine. Voordat ze werden overgeplaatst waren ze bovendien al negatief getest met een PCR-test.
Activieiten in het oefenbos
Ten tijde van de laatste nieuwsbrief waren de activiteiten in het oefenbos beperkt vanwege de COVID-19-pandemie. Het contact tussen mensen en orang-oetans werd zoveel mogelijk beperkt, omdat ook orang-oetans waarschijnlijk besmet en (ernstig) ziek kunnen worden.
Dankzij goede sneltesten die de afgelopen tijd beschikbaar werden, kan het personeel nu regelmatig worden getest. Hierdoor kunnen er ook meer mensen helpen in het oefenbos, waardoor er ook meer orang-oetans naar het oefenbos kunnen. Dat is erg belangrijk want in het oefenbos kunnen orang-oetans hun vaardigheden ontwikkelen terwijl ze door de medewerkers nauwkeurig worden geobserveerd.
Andere activiteiten
In april heeft de rapid response unit van het SOCP een wilde orang-oetan gered uit een sterk versnipperd bosgebied in het zuidwesten van Atjeh. Op 9 april vond het SOCP de orang-oetan terwijl ze in een boom een nest voor de nacht aan het bouwen was. Het was een moeder met kind. Omdat het al donker begon te worden besloot het team pas de volgende dag in actie te komen. Het team heeft die nacht vlak bij de boom zijn kamp opgeslagen.
De volgende morgen heeft het team de moeder en het jong geobserveerd om het juiste moment af te wachten om de moeder te verdoven. Later die dag werd het team aangevuld met mensen van de BKSDA, een tweede dierenarts en een verzorger. In de middag zagen zij pas kans om de moeder veilig te verdoven. Moeder en jong bleken na controle in goede gezondheid en zijn vervolgens in overleg met de BKSDA de volgende dag naar het herintroductiecentrum in Jantho gebracht. Na een quarantaine van 14 dagen zijn ze vervolgens weer vrijgelaten.
Nieuwe dierenartsen
In maart dit jaar zijn alle medewerkers van het SOCP gevaccineerd. Het SOCP was daarmee het eerste orang-oetanrehabilitatiecentrum met een volledig ingeënte staf. Het SOCP heeft vervolgens zijn ervaringen m.b.t. de toegang tot het landelijke vaccinatieprogramma gedeeld met andere orang-oetancentra.
Eerder dit jaar heeft het SOCP twee nieuwe dierenartsen aangenomen: Nanda Faisal en Gilang Maulana. Ze hebben beide hun proeftijd doorlopen onder leiding van dierenartsen Yenny Saraswati en Meuthya en hoofdopzichter Arista Ketaren. De twee nieuwe dierenartsen zullen medische assistentie verlenen bij reddingsoperaties of confiscaties door de rapid response units.
Daarnaast doet een promovendus momenteel onderzoek naar orang-oetangedrag in het opvangcentrum van het SOCP. Zijn onderzoek wordt gesponsord door het Ministerie van Milieu en Bosbouw.
Coverfoto: dierenartsen Meuthya en Yenny doen een medische controle bij Gokon voordat hij wordt uitgezet in Jantho | © SOCP