Op 29 januari is Agung overleden aan aspiratiepneunomie: een ontsteking in de longen doordat er braaksel in de luchtwegen terecht is gekomen. Aspiratiepneumomie hoeft niet dodelijk te zijn, maar Agung had al langer problemen met zijn gezondheid.
Agung was een mannetje van een jaar of 13 dat jarenlang als huisdier bij een gezin heeft geleefd. Agung was sterk ondervoed toen hij door het SOC werd opgevangen. Hij kreeg wel te eten maar zijn voedsel was zo ongezond dat hij daar ernstige problemen aan overhield. Zij herstel ging erg moeizaam omdat zijn gebit sterk was aangetast door tandrot: hij kon alleen zacht voedsel eten.
De afgelopen jaren is Agung regelmatig aan zijn gebit geholpen, maar in oktober zijn met hulp van een tandarts enkele grote ingrepen gedaan, zoals een wortelkanaalbehandeling, verschillende grote vullingen en het verwijderen van een groot tandabces. Na de behandeling kreeg hij antibiotica en ontstekingsremmers om infecties tegen te gaan.
Aanvankelijk ging het beter met Agung: hij begon meer te eten en te drinken. Aan het einde van de maand ging zijn gezondheid echter ineens sterk achteruit. Op 31 oktober vonden de verzorgers hem in foetushouding op de grond met zijn hoofd in zijn handen en trillend over zijn hele lijf. Hij leek zich niet meer te kunnen bewegen. Op 3 november ontdekten de verzorgers witte vlekken op zijn tong. Het bleek om een schimmel te gaan en dezelfde dag kreeg hij een antischimmelkuur. De volgende dag was zijn conditie verrassend genoeg sterkt verbeterd. Hij begon weer te bewegen en vroeg om voedsel.
De verbetering hield tien dagen aan, maar 15 november ging hij opnieuw achteruit. Op 17 november werd hij onder narcose gebracht en kreeg hij een infuus en sondevoeding. Uit een bloedtest bleek dat hij een zeer zware bacteriële infectie had die leidde tot een septische shock: een lichamelijke reactie op een infecte waardoor de bloeddruk plotseling gevaarlijk laag wordt. De artsen van het SOC vermoedden dat de infectie is ontstaat bij een ontstoken tand. Die infectie zou onder andere geleid kunnen hebben tot een hersenvliesontsteking, wat de verlammingsverschijnsel van eind oktober verklaart.
Om de infectie te bedwingen kreeg Agung in de daaropvolgende weken vaker infusen. Eind november ging het weer wat beter. Hij kon zelfstandig pap en vruchtensap drinken en hij keer weer helder uit zijn ogen.
In de loop van december werd Agung steeds actiever. Hij begon zijn ledematen meer te bewegen, met name zijn handen en voeten. De rechterkant van zijn lichaam had echter moeite om mee te komen en het lijkt erop dat de hersenvliesontsteking bepaalde zenuwbanen heeft beschadigd. Ondanks zijn eenzijdige verlamming ging het in januari steeds beter met Agung. Hij verbleef in die periode in de behandelkamer van de kliniek en kon zelfstandig heen en weer kruipen en rechtop zitten.
Op 29 januari echter moest hij verschillende keren overgeven. De volgende dag begon hij te hoesten en de dagen daarna werd het overgeven alleen maar erger. In de vroege ochtend van 2 februari is Agung uiteindelijk overleden. Uit de autopsie bleek dat aspiratiepneunomie in combinatie met zijn zwakke gezondheid waarschijnlijk de oorzaak is.
Het dramatische einde van een jongvolwassen man als Agung laat zien hoe gevaarlijk het is om orang-oetans als huisdier te houden. Niet alleen voor mensen, maar vooral voor orang-oetans zelf. Agung heeft een groot deel van zijn leven geleden onder de omstandigheden waarin hij leefde. En hoewel de mensen die hem als huisdier hielden op hun manier misschien wel van Agung hebben gehouden is hij uiteindelijk aan de gevolgen van ernstige verwaarlozing overleden.
Coverfoto: Agung krijgt een echo | © SOC